We stappen wederom in een erg gerieflijke bus en rijden langs het Bac Lieukanaal naar Ca Mau.
We zitten helemaal voorin op plaats 1 en 2. Goed uitzicht!
Onderweg maken we een stop om wat te eten.
Het schiereiland van Ca Mau is het einde van het vasteland van Vietnam en Zuid-Oost Azië als geheel. In dit deel van het land reis je het best per boot over het water.
In alle dorpen die langs de hoofdweg liggen zien we dan ook veerboten.
Ook vallen in dit vlakke land de graven op naast de woningen.
Een soort betegelde of gestucte hele grote schoenendozen in het land. Soms slechts één, soms groepjes. Heel kleurrijk.
Woeh heeft ons verteld dat het gebruikelijk is je overleden familileleden op je eigen land naast je huis te begraven. Koopt een projectontwikkelaar je grond dan moet je zelf voor verhuizing zorgen. In stedelijke gebieden mag dit niet, daar zijn kerkhoven.
Een groot deel van dit vlakke gebied bestaat uit slib dat door de Mekong is afgezet. Behalve rijstvelden zien we ook veel garnalenkwekerijen.
Ca Mau is de zuidelijkste stad van Vietnam.
Er komen hier weinig toeristen.
Als we in ons hotel aankomen spreekt de receptioniste geen woord Engels.
Wij geen Vietnamees. Ondanks dat we de hotelkosten vooruit betalen wil ze onze paspoorten hebben en houden. Wij gaan daar niet mee akkoord. Een vertaalcomputer biedt uitkomst.
Vreemd, ook verrassend, om zonder woorden uit te spreken te communiceren.
Maar we slagen erin met hulp van het toetsenbord uit te leggen dat we twee nachten blijven.
En we hoeven onze paspoorten niet af te geven.
's Middags wandelen we door de stad en informeren of het mogelijk is per boot naar Mui Ca Mau te gaan. Deze boottocht van ongeveer drie uur brengt je via Nam Can naar het meest zuidelijke punt van Vietnam, ook het einde van het vasteland van Zuidoost-Azië.
De GPS begint hier met 001. Op 9 graden NB.
Dat willen we bereiken.
We boeken kaartjes en stappen de volgende dag opgewekt in de speedboot.
De boot wordt al maar voller.
Uiteindelijk zitten we met 40 mensen in een bootje van een meter of acht. Geen genoegen.
Na een uur ben ik het ook door het lawaai van de motoren zat en stel Pim voor in Nam Can uit te stappen en af te zien van onze GPS reis. Gewoon een beetje rondkijken en met de volgende boot terug. Wanneer we vragen hoe lang het nog duurt tot Nam Cam blijkt dat we deze plaats zojuist gepasseerd zijn en zit er niets anders op dan te blijven zitten. Nog anderhalf uur varen. Gelukkig stappen er nu regelmatig mensen uit en wordt de ruimte om te zitten groter. Ik zit het tweede deel van de reis in het midden op de achterbank zodat ik mijn benen kan strekken in het gangpad. Dat is te doen.
Het uitzicht wordt al mooier. We varen door vlakke moerasgebieden.
De moerassen rond Ca Mau beslaan een oppervlakte van circa 150.000 ha. en vormen een van de grootste moerasgebieden ter wereld. Er is een grote garnalenindustrie.
In de kanalen zien we waterpalmen, kleine cajeputbosjes en ook fuiken gemaakt van bamboe die in de rivierbedding zijn vastgezet. De dunne, witte stammen van de cajeputi's gedijen in dit moerasgebied en als de motor van de boot niet zo'n herrie zou maken zou het tochtje een serene ervaring zijn. We zien imkers die honingraten verzamelen waar grote aantallen bijen op afkomen wanneer de bomen in bloei staan. Na drie uur varen komen we aan in het Nationaal park Mui Ca Mau.
We worden uit de boot gezet en staan wat verloren op de kade. Wat nu? Hoe verder?
Daarover schrijft onze reisgids niet.
Een groepje jonge Vietnamezen, midden twintig jaar schat ik nodigt ons uit met hen het park in te gaan. Zij weten de weg en spreken de taal, heerlijk!
Vanaf de aanlegplaats van de boot is het nog enkele kilometers naar het GPS-punt en de jongens regelen brommers zodat we achterop vervoerd worden naar 'het eind van de wereld'.
De tocht verloopt zonder problemen en we worden bij de ingang van het park afgezet.
We kopen een kaartje en te voet wandelen we samen naar het monument dat het beginpunt van de GPS aangeeft. GPS 001! Natuurlijk maken we foto's. We did it!
Ook maken we over een verhoogd betonnen pad een wandeling door het mangrovebos.Er wordt hier grof geïnvesteerd in wandelpaden, resorts en restaurants. De verwachting is dat hier in de toekomst veel toeristen zullen komen. Na ongeveer een uur stellen de jongens voor samen een open boot te huren naar Nam Cam en dan per taxi terug te gaan naar Ca Mau. Het lijkt ons een goed plan en we stemmen in. Helaas lukt het niet een privé de boot te huren en na een Vietnamees broodje met wat water vertrekken we met dezelfde boot als waar we mee gekomen zijn weer terug. Gelukkig met slechts een stuk of tien mensen in de boot zodat we een hele bank voor onszelf hebben.
Ondanks de herrie genieten we van het prachtige uitzicht.
Als we aankomen in Ca Mau bedanken we de jongens hartelijk voor hun hulp en gezelschap.
We besluiten nog even een kijkje op de avondmarkt te nemen en misschien ergens iets te eten.
Dat breekt ons op. Hoewel we aanvankelijk heel gezellig rondlopen en Het Phung Hiepkanaal oversteken verdwalen we in de kleine steegjes. We hebben geen idee meer waar we zijn.
Dan zien we aan de overkant van de rivier heel veel lampjes en Pim wijst dat daar waarschijnlijk de markt is. Het is dan al donker.
Een vrouw die met andere vrouwen buiten thee drinkt komt op ons af en wijst naar haar bootje en daarna naar de overkant.
We krijgen de indruk dat ze gezien heeft dat we naar de overkant willen en ons over wil zetten.
Voor ons de enige mogelijkheid om daar te komen dus we stappen in haar gammele bootje.
Behendig roeit ze ons naar de overkant. We geven haar een ruime fooi, blij als we zijn en ook zij is blij met het geld. Nu weten we weer waar we zijn.
Eigenlijk moeten we nog kaartjes regelen voor de bus naar Rach Gia voor morgen maar we zijn moe, dorstig en hongerig. Geen zin meer. Dat doen we morgen wel op de bonnefooi!
Vlakbij ons hotel hebben we een heel leuk visrestaurant gezien.
Linea recta lopen we daar naar toe en sluiten de bijzondere dag af met een heerlijke vis die we wegspoelen met de groene Saigon.
Die nacht slapen we als een roos.